“Een betrokken netwerk is het allerbelangrijkste”
Bij Omring zorgen we samen. Niet alleen met zorgprofessionals en vrijwilligers, maar óók met het netwerk van de cliënt. Een mooi voorbeeld is mantelzorger Cor Bont. “Ik ben er voor mijn vrouw, maar ook voor de andere bewoners.”
“Ik ben hier kind aan huis”, vertelt de 78-jarige Cor Bont uit Zwaagdijk. Drie keer per week is hij te vinden bij Sorghvliet in Andijk. “Mijn vrouw Lenie woont hier nu ruim een jaar.” Na een herseninfarct en een flinke val bleek thuis wonen niet meer mogelijk.
Als hij eraan terugdenkt, schiet meneer Bont weer vol. “Lenie en ik zijn 57 jaar getrouwd. Het is vreselijk als je dan niet meer samen kunt wonen. Toen ik hier voor het eerst kwam, had ik het heel moeilijk. Ik zat echt te janken. Gelukkig kwamen de medewerkers meteen op me af om me te steunen.”
Zorg voor jezelf
Verzorgende IG Willeke Posthumus is vast contactpersoon voor het echtpaar Bont en hun kinderen. “Ik houd in de gaten hoe het met mevrouw én meneer Bont gaat. We hebben ook regelmatig een gesprekje.”
Meneer Bont knikt. “Ik kan mijn ei kwijt bij Willeke en de andere medewerkers. Als ik langskom, vragen ze altijd eerst: ‘Hoe gaat het met u?’ Ze hebben echt belangstelling voor mij.” In het begin kwam hij elke dag op bezoek. “De dokter zei toen: ‘Meneer Bont, u gaat er zo zelf aan onderdoor.’ Sindsdien ga ik drie dagen in de week naar Lenie. Op de andere dagen bellen we.”
“U zorgt nu beter voor uzelf”, vult Willeke aan. “Zo kunt u er ook beter zijn voor uw vrouw.”
Betrokken netwerk
Meneer Bont steekt graag zijn handen uit de mouwen tijdens zijn bezoekjes. “U ondersteunt uw vrouw, neemt de was mee, doet boodschappen”, somt Willeke op. “U staat altijd klaar voor uw vrouw en biedt een luisterend oor. Met alles wat u doet, neemt u ons veel werk uit handen. Daardoor hebben wij meer tijd voor andere dingen.”
“Ik doe het met liefde”, aldus meneer Bont.
“Wanneer iemand bij ons komt wonen, is het zo fijn als familie en vrienden betrokken blijven. Want zij kennen de bewoner het best”, zegt Willeke. “Bij de eerste kennismaking vragen we ook altijd aan familie: zijn er vaste afspraken, zoals een wekelijks bezoekje van een goede vriendin? Laat die afspraken dan staan. Een betrokken netwerk is het allerbelangrijkste voor een bewoner.”
Op de koffie bij Lenie
Het netwerk van Lenie Bont is en blijft betrokken, vertelt haar man. “De kinderen en haar zusters komen geregeld langs. En soms neem ik de buurvrouw mee. Of ik zeg tegen de huishoudelijke hulp: ‘Kom, we laten de boel de boel. We gaan bij Lenie op de koffie.’ Dat vindt mijn vrouw geweldig.”
“Wat ik geweldig vind, is dat u niet alleen klaarstaat voor uw vrouw”, stelt Willeke. “U helpt ook anderen in huis.”
Meneer Bont knikt. “Laatst waren de bretels stuk van Klaas, een medebewoner. Ik zei tegen hem: ‘Als er wat is, kom maar naar mij toe. Dan help ik je.’ Dat vindt hij fantastisch.”
Willeke: “U heeft ook een keer oliebollen gebakken voor het hele huis en een Chinese avond georganiseerd.”
“Klopt”, zegt meneer Bont. “En met Kerst en Pasen maak ik sfeerlichtjes met de bewoners. Ook neem ik vaak jam mee, die ik maak van onbespoten fruit uit mijn eigen tuin. In de huiskamers bewaren ze lege jampotten voor me. En soms neem ik aardbeien mee voor de bewoners, maar ook voor de vrijwilligers. Want die zijn geweldig!”
Vrijwilligers
Vrijwilligers maken ook deel uit van het informele netwerk rond bewoners. “Elke maandag komt er een vrijwilliger bij mijn vrouw voor een praatje of een spelletje. Daarnaast doet mijn vrouw mee met allerlei activiteiten, die mogelijk zijn dankzij de vrijwilligers. Bijvoorbeeld de wandelclub, de voorleesclub en de spelletjesmiddag. Daar geniet ze enorm van.”
Steentje bijdragen
“Wij als zorgprofessionals, vrijwilligers, familie en vrienden: we zijn allemaal betrokken bij de zorg voor onze bewoners”, zegt Willeke. “Ook bij mevrouw Bont doen we het echt samen. Ik word blij van betrokken mantelzorgers als meneer Bont.”
“En ik ben blij dat mijn vrouw bij Sorghvliet de zorg krijgt die ze nodig heeft”, aldus meneer Bont. “Ik draag daar graag mijn steentje aan bij. Ik ben er voor mijn vrouw, maar ook voor de andere bewoners.”